Afgelopen dinsdag strijkt het circus neer in de Johan Cruijff ArenA. Bassey mist Adriaan en Rensch doet denken aan de naam van het circus, die je net als Bassey ook iets anders schrijft. Schrijven wordt er ook gedaan, in plaats van wisselen als je in de rust al dik achterstaat. Wat er allemaal te schrijven valt, geen idee. Misschien is Alfred Schreuder bezig met het boodschappenlijstje voor zijn vrouw voor de volgende dag. Niet al te dure boodschappen, want er moet bezuinigd worden. Is het niet door de hoge energierekening, dan wel door zijn naderende ontslag. Ondanks miljoenen op de bank, maar dat is niet zijn eigen bank. Hier zitten de spelers die verplicht een handje in ontvangst moeten nemen mocht er toch een speler gewisseld worden. Blind, die het steeds trager niet helemaal goed meer ziet? Nee, te veel persoonlijke belangen. Tadić dan? Nee, dan krijg je gezeik dat ie weg wil of zo. En wat levert zo’n oude man nog op?
Alfred schrijft verder terwijl het publiek zich niet vermaakt. Om een circus kun je sowieso niet lachen. Zelfs niet om elf clowns. Waar je wel om kunt lachen tegenwoordig is het protocol als er dan toch een verse clown invalt. Een onbekende trainer legt feesthoedjes neer op het veld, anders weet zo’n speler niet waar hij moet lopen. Die lijkt door deze ingestudeerde warming-up koud noch warm te worden. Vlak voordat hij invalt, krijgt de speler een prospectus onder zijn neus, met plaatjes over voetbal. Doet hem denken aan de tijd toen hij jong was, voetbal leuk vond en voetbalplaatjes spaarde. De dubbele ruilde hij dan met vriendjes. Als je op dit moment nog moet leren hoe je moet voetballen… Nu wordt hij geruild voor het vriendje dat collega heet en hem een tikkie geeft, want dat hoort zo. Het vriendje raakt het gras aan, prevelt een gebedje en kijkt naar de hemel. Dat lukt niet echt, want het dak van de ArenA is dicht. Maar het is zijn geloof ondanks dat hij niet meer gelooft dat de achterstand weggewerkt kan worden. Anderen noemen het bijgeloof, sommigen gewoon een dwangneurose.
Ach Ajax, zet je trots opzij en reis af naar Rotterdam. Daar is een wat oudere trainer, die niets moet hebben van laptops of prospectussen, negeert looplijnen, schrijft goede columns, maar schrijft niet tijdens een wedstrijd: ‘Flauwekul. Als ik schrijft dan ken ik de wedstrijd toch niet zien?’
Op donderdag is het circus waar het hoort: Carré. In navolging van het Gouden Kalf, zijn de Televizierprijzen genderneutraal. Geschreven wordt er niet, de speeches zijn al klaar. Bij de mannen in de binnenzak en bij de vrouwen ergens in een kledingstuk dat bijdraagt aan een eventueel laag decolleté – netter kan ik het niet zeggen, er zijn nu eenmaal mannen en vrouwen. Dieren mogen niet meer in een circus, maar apenpakken zijn er genoeg.
Frank Lammers krijgt de Televizier-Ster voor beste acteur, waarbij ik me afvraag of Frank beseft dat hij tegen wil en dank genderneutraal wordt behandeld. Als Angela Schijf had gewonnen, was zij de beste acteur. Voor de genomineerde beste presentator Raven van Dorst maakt dat niets uit. Raven weet niet wat Raven is, anders dan lekker zichzelf. Niet kiezen is ook een keuze en iemands goed recht. Raven legt het af tegen ‘voor eigen eer en glorie’ Tim Hofman. Hij krijgt de Televizier-Ster. Tim krijgt ook de prijs voor de meeste impact. Grensoverschrijdend gedrag bij The Voice heeft hij aan het licht gebracht. Anonieme klachten. Een beetje in de vergetelheid geraakt door wat gedoe in Oekraïne. Waarom juicy Yvonne Coldeweijer niet is genomineerd, is mij een raadsel als het om anonimiteit gaat.
Genoeg hierover, even tot hier. De absolute winnaars zijn Niels van der Laan en Jeroen Woe. Zij zeggen satirisch wat vaak verondersteld wordt niet meer te mogen, maar dus wel kan. Wat moet. Even tot hier en vooral verder!